

Heerlijk gekookt Helin. !!! Een ovenschotel met een gebraden mals kippetje. En Wil die een dag later vanuit Hotel Jans een blije mail onze kant op stuurt. ‘Niets te veel gezegd over dat hotel in Friesland. Wat een voortreffelijke chalets. En wat een goeie tip om voor picknicken op de houten vlonder van onze vakantiehuisjes naar de visboer in Balk te gaan. Hotel Jans is geweldig.’ Aan bridgen kwamen de dames nauwelijks toe. Ze kozen voor de boot in Woudsend. En meer!

Adriaan van Dis schrijft. Een hele ochtend achtereen schrijft hij. Dan legt hij zijn pen neer en maakt een wandelingetje naar het park. Een ommetje, zogezegd. Boven de hoofden van de voorbijgangers zweven de zinnen. Of flarden van zinnen. Altijd een notitieboekje bij zich en een pennetje. Voor als hem iets invalt dat hij in zijn verhaal kan gebruiken. Altijd komt hem wel iets aanwaaien. Om dat weer in verband te brengen met zijn logeerpartij bij de ongezeglijke grootvader in de stad die dikke wolken sigarenrook zweeg.
****
Hij die zo weinig voor zichzelf nodig had en anderen des te meer gunde. Onbaatzuchtig in een wereld vol baatzucht. Het onvermijdelijke voltrok zich op zondagmorgen 10 september. Op 10 maart dit jaar begon de horrorfilm, op 10 september eindigde die, een halfjaar later. Hij sliep in, in het bijzijn van zijn gezin. Een man die keek, en ook zag. Een man die niet alleen keek met zijn ogen, maar zeer beslist ook met zijn hart. Een man die leefde vanuit zijn hart. De man van het open venster en de gemoedelijkheid. Ber is niet meer, Ber is overleden. We zagen het allemaal aankomen, en toch, maar toch. We herinneren ons de etentjes op zaterdagavond in verpleeghuis De Ingelanden. Rond mijn Ellen zaten we aan een lange tafel. Gezelligheid in een episode dat we ons moesten overgeven aan de ernst van het drama parkinson. De etentjes gaven enkele kostbare uurtjes verlichting. We waren wel met z’n twaalven, zeker wel, elke keer weer. Veel meer eigenlijk dan toegestaan. Maar Elly Wolf, die over de etentjes de leiding had, kneep niet één oogje toe, maar deed een blinddoek voor. Dochter Esmé stond in de bediening. Haar vriend Jef ook. En Ber? Ber stond in de keuken en kwam aan het einde van het diner, want dat was het, het was een driegangen diner, aan het einde kwam Ber als chef-kok te voorschijn. Hij nam het warme applaus in ontvangst met zijn biertje in de hand. Aan alle tafel maakte hij met breide armgebaren een praatje. Later, toen Ellen weer fulltime thuis woonde, bakte Ber de oliebollen. Hij bakte enkele honderden oliebollen voor de verpleeghuisbewoners. Ze stonden al in de rij toen Ber nog slechts de rozijnen van de krenten scheidde. De vrijwilliger in optima forma. En met Ellen in de rolstoel liep Diana enkele jaren achtereen op 31 december van de Zonzijde langs het Maximapark naar Parkwijk voorbij de sportvelden voor oliebollen van Ber die nog lekker warm waren. En oliebollen mee voor thuis. Op de dag van de uitvaart van Ellen vorig jaar deed Ber met Elly en Helin de catering. Koffie, pindasoep, witte wijn. De gulle man. De man van de gulle lach. De man met het hart op de goeie plaats. Er zat geen centje kwaad bij. De man van de emotie die met tranen in zijn ogen naar programma’s als Spoorloos keek. De hartelijkheid in persoon. Zo’n man heeft geen vijanden, zo’n man heeft louter vrienden. Oud, mocht hij niet worden. Nee, zeker niet. Wat was is dat nou, 64 jaar. Ber keek en zag. Met zijn hart. Ber kreeg kanker. De stadia volgden elkaar snel op. We zagen het allemaal aankomen, en toch, maar toch… Je schrikt.
