Hoofdstuk LIBER AMICORUM uit WONDERBAARLIJK TOCH! En wéér een verjaardag in De Panne!
Voor Ellen,
Pareltjes zijn het geworden. Pareltjes voor het vriendenboek ter gelegenheid van je zesenzeventigste verjaardag Ellen. Al vrijwel meteen met ‘Jouw verleden nu pas begrepen’. Van Wietske de Goede uit Leeuwarden. In 1954 schreef je in het poëziealbum van je klasgenootje. Niemand die zo ver in je geschiedenis kan teruggaan als Wietske. Jeannette richt zich tot de vrouw van een journalist van de oude stempel. We hadden een driehoeksverhouding: Jij, ik en mijn werk voor de krant. En daarna het gedicht ‘Zorgzaamheid een kostbaar begrip’. Van Trudy Thijssen. Pareltjes ook van de anderen. De inzenders lieten hun hart spreken. Verhalen die spreken. En aanspreken. Ik bewonder vooral ook de meeslepende schrijfvaardigheid van Leroy Scheffer. Van hem enkele zinnen die diep en diep ontroeren. Leroy zou vroeger een ideale student journalistiek zijn geweest. Ik had ‘m naar de NRC gecoacht. Er werd ook VI-taal gebezigd. Dat mocht. Daar was tevoren permissie voor gegeven. Een bloedmooi wijf. Ja, dat was je altijd Ellen, en dat ben je nog steeds. Je kletst ons niet de oren van het hoofd Ellen. Of, zoals Taco schrijft: de gaten in de sokken. Maar ondertussen laat jij je niet onbetuigd. Je laat je vrienden en vriendinnen merken dat je nog steeds weet wat er zoal om je heen gebeurt. Geestig, zoals Agnes verwoordde, hoe je destijds in het verpleeghuis op onze eigen Marlene Dietrich reageerde. Je vroeg je af, en mompelde het ook, of ze wel spoorde. Dat was nou net in De Ingelanden het probleem. Maar ook bij de leiding hoor, ook daar, zo moest ik geregeld vaststellen. Ze waren soms behoorlijk de weg kwijt in dat gouden managerslaantje op de eerste verdieping. Joke van Ketel vroeg mij eens samenzweerderig aan de eettafel: ‘Hoe komt u toch aan zo’n mooie vrouw?’ Volgens mij twijfelde jij op dát moment geen seconde aan de verstandelijke vermogens van je medebewoonster ‘Marlene’ , verreweg de leukste die we in al die jaren in de verpleegzorg zijn tegengekomen. ‘Doe normaal’, moet je volgens Wil bestraffend tegen ‘Marlene’ hebben gezegd als ze weer eens met haar tandenloze mondje begon te zingen. Elly Wolf geniet steeds weer van je knipoog. Communicatie met een grand lady via het oogcontact. Ups, ze zijn er gelukkig nog steeds. Ook downs, het hoort erbij. Maar vooral de ups. Een bloemlezing in dit hoofdstuk Liber amicorum. Een bloemlezing die het waard is in één adem te worden uitgelezen. Het boek is af. De titel: Wonderbaarlijk toch! Jazeker, want weer beleven we deo volente een verjaardag aan de Belgische zuidkust. Het boek is af. Ik ga nu de reistas voor De Panne inpakken. Op naar Cajou. ‘Klimt u maar weer op een stoel en spreekt u maar gerust weer in ons volle restaurant uw jarige vrouw toe hoor, net als vorig jaar.’ Directie en personeel van het hotel lieten al weten naar je komst uit te zien Ellen.
Je liefhebbende regelaar Johan.
lieve Ellen,
we kennen elkaar maar een klein beetje en toch ken ik jou meer dan een beetje. Je bent een anak Bandoeng. Je hebt meer meegemaakt dan de meeste mensen. Je hebt een zware start in het leven gehad toen je als babietje jarenlang in een Japans interneringskamp, een jappenkamp belandde. Ik meen in Ambarawa. Een vriendenboek is niet de plek om verschrikkingen te beschrijven, maar ze mogen wel aangestipt worden, zeker als ze je getekend hebben.
Sommige mensen raken na zulke nare beginjaren verbitterd, wrokkig of afgunstig op anderen. Jij niet.
Hoe weet ik dat?
Ik weet dat je een ontzettend aardige, zachte, invoelende en dappere vrouw bent en ook nog verstandig.
Verstandig? Ja heus! Verstandig en moedig, want je kon geen weerstand bieden aan de honkbalcoach van je twee jongens – ik heb dit uit betrouwbare bron die ik helaas niet mag prijsgeven.
Moedig om je leven op z’n kop te zetten voor de liefde van je leven, moedig om al eerder je leven een 180-graden draai te geven door te breken met tradities die je van huis uit hebt meegekregen. Je hebt knoerthard gewerkt tussen honderden kleuters die niet de makkelijkste van het land waren. Je was en bent de vrouw van een journalist van de oude stempel, dat wil zeggen van iemand die per definitie overspelig is omdat ie altijd hongert naar iets en iemand anders: naar nieuws en naar gretige lezers en naar een beetje bewondering.
Ellen, ik ken je maar een beetje en ik ken je nog niet van vóór de honkbalcoach, maar ik heb twee heel bijzondere herinneringen.
De ex-honkbalcoach en ik hadden een conflict. Niet met elkaar, maar met de directeur die bang was voor de burgemeester. Ja, het was een klucht, maar in die klucht lukte het toch om Johan, want zo heet die coach, en mij een beetje bang te maken. Ik belde naar de Zonzijde voor lotgenotencontact en ik kreeg jou aan de lijn. De bezorgdheid spatte er van af. Geen gemopper op de baas, geen gezeur over het conflict en het tijdverlies – altijd ten koste van de partner. Nee, bezorgdheid en medeleven met je dierbaarste maatje dat ergens ten onrechte van wordt beschuldigd. Daarin ben je niet uniek, wel in het feit dat je dat was zonder een hoge borst op te zetten en dat je die onbekende collega die opbelde zomaar liet delen in je empathie!
Toen het lot je meerdere rotsreken had geleverd en je – godzijdank tijdelijk – in De Ingelanden woonde, kwamen Marc en ik je onder leiding van Johan een keer opzoeken. Ik wist niet eens of je ons herkende. We deden ons best zo gewoon mogelijk te doen, niet echt gemakkelijk. Ineens zei je: ‘Wat hebben jullie veel meegemaakt.’ Marcs veel jongere broer was driekwart jaar daarvoor vrij onverwacht aan een akelige ziekte gestorven en Johan had het je kennelijk verteld. Ondanks je eigen zware beperkingen en jullie grote verdriet wist je het nog. Wist je het op het juiste moment en bracht je het op het juiste moment.
Met één zo’n zinnetje van jezelf wegcijferen heb jij je voor mij neergezet.
En dat je dat ook vrolijker en joliger bent blijven doen, weet ik dankzij croniqueur Jopie! Ik hoef alleen maar bagger te zeggen of Jopie wast wel en ik heb de scherpziende en puntige Ellen te pakken voor wie de honkbalcoach zo terecht viel!
Ellen, laat die Jopie maar wassen, je bent een kanjer. En dat woord gebruik ik echt heel zelden!
Jeannette Klusman
Mijn poëziealbum, 4 november 1954,
Beste Wietske, …… Ter herinnering aan je vriendinnetje Ellen Palstra.
Voor altijd bewaard.
Na 60 jaar elkaar weer gevonden.
Ik, pleegkind aan de Overtoom, 93a.
Ons begin, Van Loonschool in Amsterdam, tv kijken aan de Reinier Vinkeleskade,
Met jouw vader, zijn tv, strikt, toch trots op zijn dochter,
Stadsgeluiden, Vondelpark, muziek van het Leger des Heils.
Trouwmars voltooid, zijn foto, van ons, bij het Olympisch stadion.
Jouw lieve moeder, jullie verleden, nu pas begrepen, jouw beker uit het kamp.
Een telefoontje, met Johan, jullie samen op bed. Jouw stem, na zestig jaar,
warme gevoelens, wat was en nu is, onze vriendschap.
Lieve Ellen, nu 76!
Ik ben gelukkig je weer te hebben teruggevonden.
Fijne verjaardag in de Panne.
Kus, Wietske (en John).
Lieve Ellen,
Jouw ogen kijken, zoeken en zeggen
Om zonder woorden iets uit te leggen
Jouw armen gevouwen over elkaar
Soms pak je iets vast, een mooi gebaar
Woorden en zinnen moeilijk verstaanbaar
Dan een zuivere zin zo helder en waar
Zorgzaamheid is een kostbaar bezit in jouw leven
Het is bijzonder dat ik die zorg aan jou mag geven
Veel liefs van Trudy Thijssen
Allereerst, lieve Ellen, natuurlijk van harte gefeliciteerd met je verjaardag. 76 Jaar, zoals Johan schrijft, wie had dat gedacht! Weet je Ellen, zo af en toe kun je heel iets raaks zeggen. Uit een onverwachte hoek. En dan zo treffend dat bij iedereen die op dat moment aanwezig is de mond openvalt. Laatst nog, toen Johan iets opperde en jij meteen daarop zei: ‘Ik zou dat niet doen.’ Of zoals je op de passagiersstoel in de auto ter zake doende opmerkingen maakt tegen jouw ‘chauffeur’. Ben benieuwd wanneer je van hem verlangt dat hij een pet opzet en van die rare zeemleren handschoentjes met gaten moet aantrekken om ‘mevrouw’ te mogen rijden. Maar altijd is er hilariteit wanneer jij zo pakkend op een detail van een gebeurtenis reageert.
Weet lieve muze van Johan: naar de betekenis van een van die Griekse godinnen blijf jij je man, vriend, weldoener en mantelzorger nog steeds inspireren. Zoals dat een godin betaamt. Heb je al gehoord dat hij alweer aan een boek wil beginnen. Het hoeveelste? Ik ben de tel kwijt; jij weet dat vast wel, maar dat houd je fijn voor jezelf.
Je kletst ons niet meer de gaten in de sokken. Maar weet je wat zo spannend is? Wij weten niet wat je (nog) precies hoort – of wilt horen, dat kan ook nog – , wat je precies begrijpt, wanneer je het wel nodig vindt om te reageren en wanneer je het misschoen niet de moeite waard vindt. Dan moeten wij het met je lichaamstaal doen, je gelaatsexpressie. Maar het staat onomstotelijk vast dat je meer beseft wat er met je en om je heen gebeurt dan wij allemaal denken. Nou ja, met één uitzondering: Johan. Die ‘leest’ jou nog steeds als een spannend boek dat geen einde kent.
Wat dokters en wetenschappers ook allemaal mogen zeggen over wat er in jouw brein gebeurt, ze weten nog geen fractie van wat zich daar afspeelt. Weet je wat zo mooi daaraan is? We mogen er zelf een invulling aan geven, waarom je lacht en… zoals ik onlangs hoorde, waarom je ‘au’ zei toen je been iets te hard tegen de rolstoel aan kwam. Dat maakt het allemaal zo aangrijpend mysterieus. Je blijft ons boeien en als ik zo af en toe stiekem naar je kijk dan zie ik ook dat je nog steeds in ons geïnteresseerd bent. Maar op jouw manier. En daarom is het zo onvoorstelbaar mooi dat jouw lieve Johan dat zó heeft uitgelegd dat hij je uit De Ingelanden weghaalde en die mysterieuze mooie eega van hem weer thuis bracht. Al moet hij daar dagelijks een bijna bovenmenselijke inspanning voor leveren, je bent gelukkig weer waar je hoort: thuis en bij hem.
Lieve Ellen, ik wens je mede namens vriend John en zoon Vlad samen met je man een mooie verjaardag toe in dat vertrouwde hotel in het Belgische De Panne. En hopelijk zullen er nog meer volgen.
Proficiat! Taco
Lieve Ellen én Johan,
Desgevraagd een stukje tekst over of voor Ellen. Nu wil ik het in dit geval vooral even hebben over jullie beiden, daar ik Ellen, helaas, alleen maar ken van de afgelopen twee jaar.
Ik ken Ellen eigenlijk vooral doordat ik jou, Johan, over haar hoor praten, maar ook door hoe ik zie hoe jij de zorg voor haar draagt. De passie die jou nog steeds drijft in de liefde die je voor Ellen voelt vind ik weergaloos. ‘Mijn muze’ noemde je haar zo mooi. Ik denk dat liefde in mijn leven pas geslaagd is wanneer ik op dezelfde manier liefde voor iemand kan voelen zoals jij dat voor Ellen doet. Dat die liefde zich uit in de zorg die je voor haar draagt is misschien niet iets zoals je dat ooit gewenst hebt, maar het is nog steeds liefde.
En om dan wat over Ellen te kunnen zeggen… Wanneer iemand blijkbaar zoveel liefde verdient heeft diegene dat ook altijd gegeven. Jullie levens zijn aan elkaar verbonden en dat zal altijd zo blijven. Ik wens jullie nog alle geluk…
Liefs, Leroy.
Lieve mevrouw Ellen Carbo,
Fantastisch dat het naar omstandigheden nog steeds redelijk goed met u blijft gaan. Uw kamer staat weer klaar voor een paar mooie dagen bij ons. We zien uit naar uw komst en zullen u opnieuw verwennen. We geven u nu alvast een dikke knuffel. Goede reis naar ons.
Hotel Cajou.
Lieve Ellen,
Alweer bijna anderhalf jaar geleden kwam jij naar huis om weer fulltime op de Zonzijde te wonen. Veertien maanden inmiddels mag ik jou meerdere keren per week verzorgen. Wat ik met heel mijn hart doe, dat weet je. Ik word verschrikkelijk blij van jou, en al helemaal als je lekker aan het praten bent en mij soms een knipoog geeft. Nog vaker doen alsjeblieft. En ik geniet als je heerlijk verzorgd in de stoel zit. Ik moet altijd weer verschrikkelijk lachen om die dagelijkse alarmerende kreun van jou als ik je een lekker geurtje op spuit. Je presteert het vaak om dan zelfs ‘au’ te roepen. Van tevoren al. Hoezo au? Je humor is kostelijk, het is je handelsmerk. Houden zo.
Fijne verjaardag gewenst,
Dikke kus en veel liefs van Elly Wolf. En ook van Ber natuurlijk.
Het is wederom dinsdagmorgen elf uur! Ellen en Johan zijn al gearriveerd in de wachtruimte. Ik begin met een begroeting van Ellen voordat ik de behandeling ga starten. Met een kleine glimlach van haar in het begin van de behandeling gaat het meestal wel goedkomen met ons. Na een half uurtje zetten we Ellen weer netjes en met de haren mooi in model terug in haar rolstoel. Wat is er dan leuker voor Ellen dan als Johan dan binnenkomt in de behandelkamer en zegt: ‘Ellen, ik heb een lekker visje voor je meegenomen.’ Johan en Ellen, nog veel liefdevolle jaren samen en geniet van deze kostbare momenten.
Liefs van Dorothy Gresnigt
Lieve Ellen,
Hartelijk gefeliciteerd met je verjaardag. Nooit gedacht dat jij het zover kon brengen. Heb je verjaardagsdatum nu meteen op mijn plee-kalender gezet (van Johan mag ik Voetbal Inside taal gebruiken. Dat doe ik graag.)
Als ik alleen ben, praat ik vaak met mezelf. Over alles en nog wat. Maar vaak in VI-taal. Is dat een afwijking? Hoewel ik afkomstig ben uit het kakkerige Tuindorp en later nog een paar jaren gewoond heb in het dito Oog in Al. Vlakbij Line Klein van UVV: door Johan welhaast geadoreerd, maar niet door mij. Ik ga voor ‘Pa’ Klein.
Daarnaast behoor ik pas sinds kort tot de ‘Ellen-club’. Velen zullen mij niet kennen. Voor mij geldt dat ook zo. In het begin, nu zo’n twee en een half jaar geleden, kende ik slechts de latere kut-koffie-klootzak.
Nu, met een kleinere groep herken ik iedereen. Maar namen onthouden: nee, daar helpt zelfs niet de Geheugentrainer van omroep Max bij. Johan weet vaak meer over een wedstrijd die ik zelf bij UVV-honkbal speelde dan ik doe. Verzachtende omstandigheid daarbij mijnerzijds: toen zaten er bij UVV nog zo’n 1500 à 2000 mensen op de tribune. Ik kende hem toen nog niet. Hij was nog geen bestuurder, maar toeschouwer. Schrijft mij nu ten onrechte de status van ’topsporter’ toe. Maar in de enige interland die ik speelde (1965, Londen, Selhurst Park, voetbalveld van Crystal Palace), rookten we nog ‘gewoon’ op de spelersbank (zonder overkapping).
Goed, als mijn geheugen me niet in de steek laat, ontmoetten wij (Carry en ik) elkaar ergens begin jaren zeventig in jullie toenmalige woning in De Meern. Twee herinneringen daarover. Tussen jou en Carry -mijn in 2004 door de gevolgen van borstkanker overleden echtgenote- klikte het meteen. Ik dacht bij het voorstellen slechts aan zoiets als ‘Jezus, wat een bloedmooi wijf heeft Johan nu getroffen‘. Voor allen: Carry was ook een bloedmooi wijf. Net als Johan, zou ik haar ook kunnen omschrijven als een ‘muze’. We hebben het beiden getroffen met onze partners.
Even verder door de geschiedenis. Na de eerste kennismaking met jullie beiden troffen we elkaar nog bij ons thuis in Rijsenhout (bij Aalsmeer). En verder nog bij één of twee Haarlemse honkbalweken. En toen jullie in Amstelveen woonden nog eens toen jullie op de fiets naar Thamen (Uithoorn) kwamen, waar ik toen honkbalde. Later nog contacten over jubileum-uitgaven van UVV of de honkbalbond. Maar dan alleen met Johan. (Overigens ik beschouw Johan en jou als een twee-eenheid).
Jaren gingen voorbij. Carry en ik beschouwden jullie toen met wat ik omschrijf als kerst-kaart-kennissen. Ja, twee keer driemaal ‘K’. Van de verachtelijke club met de witte puntmutsen. Komt toevallig zo uit.
En dan maak ik een sprong naar 27 augustus 2016. Eén dag na vijftig jaar ervoor het in liefde vallen met Carry. Johan en ik ontmoetten elkaar toen bij restaurant Plaszicht in Vinkeveen. Had me waarschijnlijk al eerder per mail gevraagd of ik de eindredactie van zijn boek wilde doen. Uiteraard, wat mij betreft. Maar toen niks wetende wat parkinson of Lewy Body inhield. Je kan googelen zoveel als je wil, maar de concepten van Johan gaven mij wél enig inzicht in wat het werkelijk is. Ik zeg ‘werkelijk’, maar zelfs nu, na drie boeken, kan ik het nog niet omvatten. (Johan trouwens vaak ook niet).
Johan vertelde me toen ook dat hij jou naar huis wilde terugbrengen. Iets waarvan ik dacht: ‘Johan, je haalt Ellen al dagelijks vanuit De Ingelanden. Dit erbij kan je echt niet aan.’ Ondanks dat Johan nu nog meer rete druk is, met af en toe toch momenten dat hij teveel hooi op z’n vork neemt, gaat het nu toch -hoe miniem ook- beter met je.
Later na Vinkeveen. Ik kwam (en kom elke) vier à zes weken bij jullie over de vloer. Zag jou eindelijk weer. Dacht dat herkenning of communicatie onmogelijk was. Maar, dat was het niet. Ondanks dat je niks zei, zag ik meteen aan je wenkbrauwen en ogen, dat je wél wist wie ik was. Dat ontroerde mij. Later kwam er daar ook nog bij dat je handen ook een speciale rol vervulden. Johan vertelde me laatst dat jij kennelijk voelt wie een koffie-klootzak is en wie niet. Je communiceert dus ook met je handen en laat daarmee simpel blijken of het ‘ja’ of ‘nee’ is. Jij hebt vanaf de eerste ontmoeting met mij je ogen laten stralen. En ik heb telkens je handen mogen strelen. Dat verheugt mij enorm: contact met iemand die eigenlijk contact met niemand kan hebben. Blijkt dus niet zo te zijn. Onbegrijpelijk dat parkinson en Lewy Body.
Ik sluit af. Nee, nog even niet. Wat heb jij een fantastische hulpverleners aan Diana, Elly (heerlijk Utregs accent, daar val ik nog steeds voor) en Trudy. Haar heb ik slechts gedurende een minuut of tien gesproken tijdens het laatste ‘Erwtensoepfeest’. Leek mij uitermate geschikt om aan Johans eisen te voldoen. Toch maar even geverifieerd bij Johan. En … ja: Trudy is ook een topper!
Wat kan je je beter wensen met Johan en die drie verpleeghulpen? Niks eigenlijk. Johan die veel meer doet dan ik destijds bij Carry deed. Ik heb Johan eens verteld dat ik me eigenlijk moest schamen: ik deed veel minder met Carry dan hij bij jou doet. Wél een groot verschil: Carry was -gelukkig- in staat zich te bewegen, volledig te uiten en alles te begrijpen tot zo’n 36 uur voor haar dood.
Ga voor de tachtig, lieve Ellen. Kusje op je voorhoofd,
Jan van Ewijk.
Toen Ellen in De Ingelanden ging wonen, besloot ik haar eens in de veertien dagen te bezoeken. We wandelden vaak naar het nabij gelegen winkelcentrum Terwijde, waar we bij de bakker een ijsje op het terras in de zon namen. Na de wandeling in de buitenlucht dronken we een wijntje in het grand café van de verpleeginstelling. Zo ontmoetten we op een middag Agnes en mevrouw Van Ketel, een kostelijke iemand. Deze ontmoeting had tot gevolg dat we voortaan met z’ n viertjes de wandeling maakten naar het winkelcentrum Terwijde voor het ijsje. Daarna als vaste gewoonte algauw een wijntje en bitterballen in het grand café van De Ingelanden.
Zowel Ellen als mevrouw van Ketel genoot en beleefde volop plezier aan deze uitjes. Agnes en ik anders ook. Mevrouw Van Ketel kon opmerkingen plaatsen waarop Ellen soms een snedig antwoord had. Zo ook als ‘Marlene Dietrich’ onderweg ging zingen en Ellen zei: ‘Doe normaal!’ Wat hebben we gelachen. De woensdagmiddag wordt, nu Ellen weer volledig thuis woont, voortgezet met samen luisteren naar muziek van Stauss’ Wiener Blut of muziek uit de zestiger jaren van Frank Sinatra , Fats Domino en The Everly Brothers. Eerst een kopje thee en daarna een wijntje met kaas en worst. En als ik dan vraag ‘Ellen vind dit fijn?’dan komt vaak het antwoord : ‘Ja ‘. Ellen, deze middagen zijn me dierbaar geworden en ik hoop dat we hier nog een tijdje van mogen blijven genieten samen. Van harte alvast met je verjaardag binnenkort.
Liefs Wil Ketz.
Lieve Ellen,
Alhoewel je het nu minder met ons deelt dan voorheen ben je nog steeds de lieve doortastende Ellen die ik al jaren ken. Een vrouw om van te houden…
Dikke kus! Charles Aughuet.
Ha Ellen en Johan.
Terecht dat jullie deze week afzagen van jullie komst naar ons in Rotterdam. Het was geen wandelweer. Verstandig Ellen dat je met die snijdende kou binnen bleef en je spaarde voor De Panne. Jullie daar naartoe, wij voor een verjaardag naar Londen. Daarna graag weer gauw een nieuwe afspraak.
Liefs en geniet, Cees & Riek.
Lieve Ellen.
Van harte gefeliciteerd met je zesenzeventigste verjaardag. En, laat ik maar meteen met de deur in huisvallen en geen blad voor de mond nemen: wat zie je er nog altijd geweldig uit. Vertel me je geheim! Ik geniet van onze wandelingen en jouw reacties buiten als we met de rolstoel op pad zijn. Je kan ook nog steeds volkomen onverwachts en heel raak uit de hoek komen. Zoals laatst toen ik met jou de krant doornam. Bij nagenoeg elk onderwerp overwoog ik of ik het wel of niet zou voorlezen. Toen ik een pagina opsloeg met een onderwerp en foto over de hongersnood onder Afrikaanse kinderen, en ik die pagina maar liever bliksemsnel wilde omslaan, hield je me tegen. Jij gaf op jouw manier aan dat je het niet erg vond als ik het artikel zou voorlezen. Zo zijn er nog veel meer van die dingen, dingen die aantonen dat je er nog altijd wel degelijk bent.
Lieve Ellen, hele fijne dagen met Johan in De Panne, geniet van het lekkere eten (vooral van de schaaldieren waar je zo gek op bent) en tot gauw. Liefs en heel veel knuffels. Je bent een schat. Mijn ode hierbij aan een zeer bijzondere vrouw. Beter nog: aan een zeer bijzonder stel.
Lieve groet en zoen van John Haakmat
Lieve Ellen,
Van een vriendin hoorde ik destijds dat je in De Ingelanden woonde. Hanneke beschreef die verpleeginstelling als een geweldig huis met goede zorg. Dat gaf mij een gevoel van rust omdat mijn cliënte ook daar naartoe verhuisde. De vriendin van Hanneke kwam om de week naar jou. Zo zijn onze gezamenlijke woensdagmiddagen in 2015 begonnen. Jij, Wil, Joke en ik. Wat een gezellige tijd, we hadden veel lol met elkaar. Mijn dame reageerde op iedereen, jij gaf dan nog weleens commentaar. Hilarisch. Als er een gesluierde vrouw langsliep, riep ze heel vrolijk: ‘Dag zuster’. Joke was van huis uit erg rooms. Jou hoorden we dan zeggen: ‘Ze is niet wijs’. Bij een etentje vroeg mijn dame aan Johan: ‘Hoe kom jij aan zo’n knappe vrouw?’ We zagen je ogen glinsteren! We hebben wat getoast in huize De Ingelanden op alle gezellige dingen. Later werd het Huize De Zonzijde. Je bent ook een paar keer in Odijk geweest, waar je vooral ook genoot van onze hond. Lieve Ellen, het is een voorrecht om jou en Johan te hebben leren kennen. Het contact moet blijven, ook al lukt het mij niet meer zo frequent als voorheen. Maar ik vergeet je zeker niet.
Lieve groet, van Agnes en Peter.
Lieve Ellen, 76! Wij feliciteren je van harte met je verjaardag (en natuurlijk ook voor Johan onze felicitaties). Wij wensen jullie een heerlijk verblijf toe in hotel Cajou in de Belgische badplaats De Panne. Laat je lekker verwennen daar in het Belgische! Jullie verdienen het! Bij deze felicitatie sluit ik een roos als geschenk bij. Zelf gemaakt die aquarel. De roos, de mooiste bloem die er is voor jou. En verder wensen wij jullie nog heel veel ‘Geef ons ook morgen’ toe.
Liefs ook van Ad , Cinta.
Ik hoop van ganser harte dat het met Ellen naar omstandigheden goed gaat. Ik lees de blogs over haar met regelmaat. Interessante en mooie stukken. Ik werd er via via op gewezen. Ik heb als jong heilssoldaat nog samen met Ellen in het Kerstspel gespeeld. Hoe lang is dat al niet geleden. Een halve eeuw. Langer nog. Ik was één van de drie Wijzen. Dat was echter wel een indiaan in dat Kerstspel. Goede herinneringen aan die tijd. Mijn tante was destijds adjunct directrice van het meisjeshuis van het Leger des Heils op de Weesperzijde, senior kapiteine A.J.F. Petrus.
Ellen, zeer van harte gefeliciteerd met je verjaardag van Arie Jan Petrus.
Als ik aan Ellen denk dan zie ik een echte dame voor me . Eén die nog steeds gelukkig heel goed kan aangeven wat ze wel leuk vindt en wat niet. Haar ogen spreken. Ze kunnen mij vertellen. Wij kunnen urenlang zonder woorden communiceren. Door het oogcontact. Ellen weet dat ik haar kan horen en zien en dat geeft haar en mij een fijn gevoel. Zij weet dat ik er voor haar ben. Als Ellen blij is dan laat ze mij dat merken door mijn gezicht te strelen of door met haar vingers door mijn haren te gaan. Ik vind ons contact buitengewoon bijzonder en ik vind Ellen ook een bijzondere vrouw.
Liefs van Diana.
Ha die lieve Ellen,
Wat ben je toch een powervrouw, ik geniet altijd van onze uitstapjes. De blikken in jouw ogen en reacties zeggen me genoeg. Ik voel mij vereerd dat ik voor jou mag zorgen en ik hoop van ganser harte nog vele uitjes met jou te mogen maken. Maar eerst show ik je mijn lieve dochter Gigi van net drie weken! Ik voel me er zo gelukkig mee!
Liefs Esmé
Ik laat niet los De mensen wijzen mij daar op Diep van binnen zet ik door Het ritme van dat gevoel te vinden Het moet liefde zijn geweest. Mijn hart is goed zoals het is Nu de zonde weggewassen is Verstop ik me niet meer in een hoopje schijn Je laat mij zien wat liefde is Dat ritme sloeg ik op in heel mijn hart Ik neem het met me mee Op de route die al was gepland Mijn hart is voorbestemd Mijn geluk staat vast Het is aan mij om het te volgen Maar als ik vragen mag, hoe kan ik denken met dit besef? Als ik toch verdrietig word, wanneer ik denk Dat ik bij jou altijd zo veilig was En ik in jouw ogen de ware spiegel zag Het lot beantwoordt deze vragen niet Het weet dat mijn verdriet slechts verwarring is Misschien wel het moeilijkste, heb ik nu gehad Mezelf vergeven dat ik zo zorgeloos gelukkig was.
Mijn gedicht voor jou Ellen, Danny Boulker.
Hi Ellen,
Wat allemaal te schrijven over een liefdevol echtpaar bij wie ik alweer heel wat jaartjes betrokken ben. En allang niet meer louter professioneel. Welnee. Twee mensen die in bijna één vloeiende beweging van cliënten naar vrienden groeiden. Het gebeurde als vanzelf. Wat te zeggen over het avontuur met de verpleeghuizen De Horstwaarde in Nederhorst den Berg en De Ingelanden in Leidsche Rijn. Het was het niet. Er is in de eerdere boeken uitvoerig over geschreven. Ik zal me beperken tot een paar kleine dingen. Het mooiste avontuur toch nog steeds: Ellen alweer bijna anderhalf jaar fulltime thuis in haar Eigen omgeving en bij haar Geliefde Johan. Downs. Uiteraard. Onvermijdelijk bij dit ziektebeeld. Downs ja. Maar veel meer Ups. Aantoonbaar meer ups. Gelukkig wel. Jullie redden het nog altijd. Ondersteund door een fabuleuze Diana. Maar ik vergeet ook Elly niet. Bijna jarige en Johan, jullie slaan je er met de juiste ondersteuning geweldig goed doorheen. Lof.
En nu op naar die 76 in het mooie De Panne met hopelijk toch ook weer de kikkerbilletjes op het menu. Is het de ene avond niet dan misschien de andere wel.
Moois toegewenst van Albert Schuurmans.
Lieve Ellen,
Jij 76, ik 66, zo we schelen weer 10 jaar voor een paar maanden! Wat hebben we dat vaak tegen elkaar gezegd in onze tientallen jaren durende vriendschap. Een warme liefdevolle vriendschap, waarin jij zo vaak voor mij de grote zus was, die mij adviseerde, opving en waar ik altijd
terecht kon! Onze vriendschap bestaat uit veel vreugdevolle momenten, maar ook verdrietige, waarin we er voor elkaar zijn!
De laatste jaren laat ons lichaam ons nogal in de steek, maar onze vriendschap niet. We kunnen nog genieten van elkaar, daarbij gesteund door onze lieve mannen, onze mantelzorgers!
Lieve El, laten we gaan voor nog vele uurtjes vriendschap en van mij krijg je een hele dikke warme verjaardagszoen!
Heel veel liefs van Maggy.
Beste mevrouw Carbo,
Van harte gefeliciteerd met uw verjaardag van uw eveneens met parkinson opgescheept zittende postbode. Bewondering voor hoe u zich er doorheen slaat. Ik ken het gevoel van een voet waaruit elk gevoel is verdwenen. Daarom ook met autorijden gestopt. Ik drukte het gaspedaal in maar voelde niets. Die spierpijn ook steeds maar weer. Dat vallen. Is u ook overkomen. Zelf ben ik al een paar keer van mijn fiets gekukeld. Ik heb al zes jaar parkinson en ik ben pas 65. Ik hoorde het toen ik net met vervroegd pensioen bij Defensie weg was. Het zet je leven volledig op zijn kop. Daar weet u natuurlijk ook alles van. Je levert steeds weer een stukje in. Van alle kanten adviezen van mensen die er geen klap van af weten. Ik laat ze maar. Ik luister alleen naar mijn neuroloog. Ook daar weet u natuurlijk alles van: de beste stuurlui. Geniet u maar lekker in De Panne en van uw verjaardag. Gegund.
Jan van Amerongen, uw postbode.
O zo dappere Ellen, schoonheid van me,
Van harte gefeliciteerd Klapzoenen. Het boek onder de titel Wonderbaarlijk toch! is speciaal voor jou. Namens ons allemaal. Ik heb er onze belevenissen van eind december tot nu bijgevoegd. Ik blijf vastleggen immers. Wat breedsprakig misschien wel, maar zo ken je me al zesendertig jaar. Als verhalenverteller. Daar viel je destijds ook op. Zei je tenminste altijd. Later veranderde het in: ‘Graag de korte versie Jopie.’ Ik gaf daar soms gehoor aan –soms- en dan vroeg je naderhand verbaasd: ‘Nu al klaar?’ Meteen to the point, dat vond je achteraf beschouwd eigenlijk maar tegenvallen. Was ook weer niet de bedoeling. Die Jopie, die heeft eigenlijk geen korte versies, die wil ze niet eens, en zeker niet om jou veelkeurig te beschrijven en in het volle zonlicht te zetten. Fanfare laat zich niet temmen, en kortwieken evenmin. Fanfare meandert. Achter mijn woorden smeult de passie, Beatrice Ellen. Je toont ons gelukkig nog dikwijls een wonderbaarlijk kijkje achter je schemering. Na vandaag krijgen we –wonderbaarlijk toch!- gelukkig nog steeds ook morgen – onze bede wordt verhoord. Vannacht maakte ik me zorgen om je. Ik stond een keer of vier aan je bed. Wat lag je te hoesten. Je knorde ook. Het leek –laten we maar voor de humor blijven gaan- waarachtig wel een omvangrijke Brabantse varkenshouderij. Kou gevat een paar dagen terug tijdens dat kleine rolstoelloopje van de auto naar het overdekte winkelcentrum van Overvecht? Maar ik had je toch stevig ingepakt? Een deken, een stola, een muts. Of ben je aangehoest door de één of ander? Ik wil ook geen kasplantje van je maken. Ik had dat shoppen daar niet graag willen missen. Jij anders ook niet. Je zat kaarsrecht in je rolstoel. Je gluurde in alle etalages. Je lachte naar voorbijgangers. Het is soms lastig bepalen waaraan je als mantelzorger verstandig doet. Jouw cadeau bij het ondanks alle hindernissen halen van je zesenzeventigste, wie had dat kunnen denken, is dus dit boek. En! De zekerheid van het kunnen blijven inhuren van de best mogelijke zorg aan huis die maar voorradig is. De zorginstanties hebben besloten tot een uitgebreider persoonsgebonden budget en wel per direct. De vlag kan uit. Ik kan mijn dreamteam voor jou blijven aansturen. En er nog meer expertise aan toevoegen bovendien. Ik stop, mijn liefste. Het ontroert mij zelf nog het meest.
Johan
Net als ik hebben ook al mijn collega’s bij Centrum Phoenix het boek ‘Wonderbaarlijk toch!’ gelezen! ‘Weer een verjaardag in De Panne’. Prachtig! Ik ken jullie nog niet zo heel erg lang. Maar hoe sterk jullie samen zijn, dat is iets dat ik elke keer weer erg mooi vind om mee te maken. Johan, het is geweldig om te ervaren hoe jij nieuwe ontdekkingen blijft doen over de ziekte van Parkinson en er elke keer weer iets nieuws over weet te vertellen. Heel goed dat jij geregeld even bij ons komt ontspannen, de spieren laat losmaken en even tijd maakt om zo zorgeloos mogelijk te genieten. Ondertussen masseren wij dan ook altijd Ellen haar schouders of benen. Haar reactie erop is altijd geweldig om te zien. Een klein geluidje en soms spreken de ogen boekdelen. Ik vind het elke keer weer zo leuk hoe Ellen reageert. Ik hoop jullie nog vaak in de salon te mogen ontvangen. Ik wens jullie alle geluk van de wereld en dat jullie samen nog maar veel fijne dingen mogen beleven! Proficiat met je verjaardag Ellen! Liefs, Melissa.